78° Noord
Spitsbergen (Nederlands), Svalbard (Noors), Шпицберген (Russisch)
Een archipel in de Noordelijke IJszee, ruwweg zo’n 570 km ten noorden van Noorwegen, vormt de poort naar de Noordpool. De “hoofdstad” telt een dikke 2000 inwoners en wordt beschouwd als de meest noordelijke plaats met meer dan 1000 inwoners ter wereld.
Rond november 2014 maakte ik plannen om naar het noorden te gaan. Dovrefjell was in principe het plan maar uiteindelijk is het oog op Spitsbergen gevallen, weliswaar voor een beperkt aantal dagen en een strikt vooropgesteld (laag)budget. Medereiziger was Wim Claes waarmee ik ook al eens naar Finland trok om bruine beren te fotograferen. Zie www.kennydeboeck.be/viiksimo en www.kennydeboeck.be/suomussalmi/
Doelsoorten: Poolvos en het Svalbard sneeuwhoen. Ijsberen, toch wel de übersoort, hadden we bewust (wegens beperkte tijd) van onze verlanglijst geschrapt en doen we wel eens in een komend jaar.
Het zicht net voor de landing was al fenomenaal: oeroude gebergtes en sneeuw.
Het befaamde en waarschijnlijk meest gefotografeerde verkeersbord op Spitsbergen bij het verlaten van de nederzetting:
Medereiziger Wim bleek een uitmuntend sneeuwscooterpiloot 😉 (sarcasm). Hier nog te vinden OP het bewuste ding, meermaals ook onder…
Eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ikzelf ook geen sneeuwscooterheld bleek, enkele pirouettes op het ijs en een keertje over de kop (met Wim achterop) waren mijn deel. De rijomstandigheden waren slechter dan normaal vanwege de dooi die een maandje te vroeg gekomen was.
“Too much thinking, you got to give GAAZZZ” is het motto van de doorwinterde sneeuwscooterjohnny.
De sneeuwgors: alomtegenwoordig en de enige zangvogel die hier te vinden is. In België zijn ze iets vlotter te benaderen dan in hun eigen habitat. (jetlag?)
Eens je ze gevonden hebt (geen sinecure), zijn “de kiekens” wel heel makkelijk te benaderen. Het Svalbard Sneeuwhoen:
Volledig behaarde poten tegen de barre weersomstandigheden. Dit is ook de enige vogel die niet naar het zuiden trekt om de winter door te komen.
Volgens een studie uit 2004 is er ook sprake van Co-feeding bij het Svalbard Sneeuwhoen en het Svalbard Rendier. Op de plek waar we de sneeuwhoenders vonden, klopte dit en konden we wat beelden van de goedaardige dwerg schieten. Ze doen een beetje cartoonachtig aan maar hebben het deze winter heel lastig omdat ze zodanig veel energie verspillen om door het ijs naar gras te graven (met hun hoeven). We vonden dan ook geregeld eentje dood liggen, ideaal voer voor Poolvos, Ijsbeer en Grote burgemeester (Meeuw).
Eentje in het dorp zelf met oude staketsels van een verlaten mijn.
Noordse stormvogel, hier de donkere variant, doet denken aan een meeuw maar zijn helemaal niet verwant met elkaar. Deze kwam even voorbijvliegen nabij de kliffen.
En of de dooi was ingezet.
Een groepje Eidereenden hield zich op nabij de haven, helaas moeilijk te benaderen en heel schuw:
Ook enkele zwarte zeekoeten hielden zich op bij de haven.
Detailopname van het zwarte strand.
Longyearbyen city, met de kleurrijke huisjes.
Van de 7 à 8 poolvosjes was deze op de laatste avond (en met de 500mm lens op de kamer) bereidwillig om eventjes mee te werken. Helaas wordt er nog steeds op ze gejaagd voor hun pels…Tegenwoordig kost bont zo weinig dat er haast in elke outdoor winkel wel een kraagje hangt met echt bont, een ziekelijke evolutie.
Gezien de korte tijd ter plaatse was het een geslaagde trip, beetje kort maar echt de moeite. Ik kom zeker terug voor een langere periode om wat meer tijd te steken in Poolvosjes en Ijsberen.
Ook nog een woordje van dank aan Pieter-Jan D’Hondt die ter plaatse aan het werk was en zijn dagje vrij met ons meetrok (of omgekeerd) op zoek naar wat beestjes. Thanks mate!
På gjensyn!
K.
Read more →